1 Korinthe 6

Durft iemand uwer, wanneer hij iets heeft met een ander, recht zoeken bij de onrechtvaardigen en niet bij de heiligen?


In hoofdstuk 5, de laatste twee verzen, had Paulus geschreven:

1 Korinthe 5:
12 Staat het soms aan mij, hen te oordelen, die buiten zijn? Oordeelt ook gij niet (alleen) hen, die in uw kring zijn? 
13 Hen, die buiten zijn, zal God oordelen. Doet, wie niet deugt, uit uw midden weg.

Paulus had in deze woorden zeer duidelijk gemaakt dat "het oordelen" onder Christenen alleen in "eigen kring" plaatsvond.
Wie buiten waren, de ongelovigen, worden door God geoordeeld.

Dit bracht hem tot de woorden in hoofdstuk 5.
Ook dit hoofdstuk houdt zich met "oordelen" bezig, zij het vanuit een ander gezichtspunt, nl. dat van de rechtspraak tussen broeders.

Anderzijds:
In het vijfde hoofdstuk van 1 Korinthe hebben we het eerste concrete voorbeeld gezien van de "opgeblazenheid" van de Korinthiers.
Er was een broeder in de gemeente die niet uit de gemeente was gezet, ondanks dat hij een hoereerder was.
Dit voorbeeld geeft aan hoe vleselijk, hoe natuurlijk en hoe menselijk deze gemeente in hun denken vervallen was.

In hoofdstuk 6 krijgen we nu het tweede concrete voorbeeld te zien van de opgeblazenheid van de Korinthiërs.
Als ze geschillen hadden brachten ze dit naar een aardse rechtbank, of met andere woorden een rechtbank waar onrechtvaardigen bepaalden wat recht en krom is.

1 Korinthe 6:
1 Durft iemand uwer, wanneer hij iets heeft met een ander, recht zoeken bij de onrechtvaardigen en niet bij de heiligen? 
2 Of weet gij niet, dat de heiligen de wereld zullen oordelen? En indien bij u het oordeel over de wereld berust, zijt gij dan onbevoegd voor de meest onbetekenende rechtspraak? 
3 Weet gij niet, dat wij over engelen oordelen zullen? Hoeveel te meer dan over alledaagse dingen? 


Durft iemand uwer, wanneer hij iets heeft met een ander, recht zoeken bij de onrechtvaardigen en niet bij de heiligen?

Ja, dit is wat de gemeente in Korinthe aan het doen was. 
Als de ene broeder een geschil had met een andere broeder werd dit naar een "aardse" rechtbank gebracht.
Konden zij dit niet zelf oplossen? Zij hadden immers Christus aan hun hoofd?

Daarom is gelijk het eerste woord van dit vers heel belangrijk, "durft". Dit komt van het Griekse woord "talmao" en dit woord betekent "niet bang zijn".
Nee, de gemeente van Korinthe was niet bang om een broeder naar de aardse rechtbank te brengen.
Wat deden deze broeders hierdoor? 
Ze waren opnieuw "de tempel Gods" aan het schenden. Ze brachten smaad aan de tempel Gods. (1 Kor. 3: 16, 17)
Ja, door dit alles werd de naam van de gemeente van Christus geschaad.


Christenen moeten bij uitstek degene zijn die hun verschillen kunnen uitwerken.
Waarom? Zij hebben God, Christus en de Heilige Geest aan hun zijde.

Wat staat er geschreven in Kolossenzen?

Kolossenzen 2:
2 opdat hun harten getroost en zij in de liefde verenigd worden tot alle rijkdom van een volledig inzicht, en zij het geheimenis Gods mogen kennen, 
Christus, 
3 in wie al de schatten der wijsheid en kennis verborgen zijn.

Ja, in Christus zijn alle schatten van wijsheid en kennis.
Als Christus dan het hoofd is van de gemeente, kan dan niet door Hem alles en werkelijk alles, opgelost worden?
Jazeker, vanuit Zijn wijsheid, kennis, en bovenal, vanuit Zijn liefde, is alles op te lossen.

(Anderzijds zien we wel dat Paulus een beroep doet op de keizer, op een aardse rechtbank. Dit omdat hij voor een aardse rechtbank werd gebracht door de Joden.
Dus, een aardse rechtbank is niet altijd verkeerd, het hangt af van de omstandigheden waaronder dit gebeurd.
In dit vers ligt de nadruk dan ook op "twee gelovigen" die een geschil met elkaar hadden)

En ja, dan gaat Paulus een heel belangrijk punt aanhalen.

Of weet gij niet, dat de heiligen de wereld zullen oordelen?

Wat zouden de Christenen uiteindelijk gaan doen?
Zij zouden de wereld gaan oordelen.

Dus ja, er zou een tijd komen dat de Christenen "de onrechtvaardige rechters" van de aarde zouden gaan oordelen!!
Zouden zij nu dan zich laten oordelen door deze "onrechtvaardige rechters"? Niets kan verder van de waarheid zijn!!

Maar hoe zit dat? Wanneer gaan gelovigen de wereld oordelen?
Deze woorden zijn wat lastiger om precies te bepalen waar Paulus over spreekt.

We lezen:

Matteus 19:
28 Jezus zeide tot hen: Voorwaar, Ik zeg u, gij, die Mij gevolgd zijt, zult in de wedergeboorte, wanneer de Zoon des mensen op de troon zijner heerlijkheid zal zitten, ook op twaalf tronen zitten om de twaalf stammen van Israel te richten

Lukas 22:
28 Gij zijt het, die steeds bij Mij gebleven zijt in mijn verzoekingen. 
29 En Ik beschik u het Koninkrijk, gelijk mijn Vader het Mij beschikt heeft, 
30 opdat gij aan mijn tafel eet en drinkt in mijn Koninkrijk. 
En gij zult zitten op tronen om de twaalf stammen Israels te richten

Openbaring 2:
26 En wie overwint en mijn werken tot het einde toe bewaart, hem zal Ik macht geven over de heidenen
27 en hij zal hen hoeden met een ijzeren staf, als aardewerk worden zij verbrijzeld, gelijk ook Ik van mijn Vader ontvangen heb, 
28 en Ik zal hem de morgenster geven. 

Deze drie aangehaalde passages spreken over het feit dat 1) "degene die Christus zijn nagevolgd zijn in de wedergeboorte" zullen net als Christus op een troon zitten om "de twaalf stammen van Israel te richten", en 2) er wordt de gelovigen "macht gegeven over de heidenen".

Alle drie deze teksten spreken over een mate van macht, oordelen of beoordeling, terwijl het verder geen details geeft over hoe dit alles precies in zijn werk zal gaan.
Hoe dit dan precies in zijn werk zal gaan is iets wat we niet helemaal geopenbaard zijn.

Ook in Openbaring 20 vers 4- 6 word een beeld gegeven van hen die met Christus overwonnen hebben, dat zij met Hem zullen oordelen.

En indien bij u het oordeel over de wereld berust, zijt gij dan onbevoegd voor de meest onbetekenende rechtspraak?

En zo maakt Paulus zijn toepassing van zijn woorden in vers 1 en 2.
Als jullie als gelovigen de heidenen zullen oordelen, zouden jullie dan onbevoegd zijn voor "de meeste onbetekenende rechtspraak"?
En het antwoord is natuurlijk "nee".

Gelovigen zijn volledig in staat om geschillen op te lossen die zich afspelen tussen broeders.
Het enige wat nodig is om te wandelen in de voetsporen van Jezus, om te wandelen in waarheid, om te wandelen in een leven van gebed en afhankelijkheid van God.
Het enige wat nodig is is "de Geest van God bezitten" en te leven in nederigheid, in zachtmoedigheid, in lankmoedigheid en het verdragen van elkaar in liefde.
Daar zit de sleutel. Dan is elk geschil op te lossen.

Wat zei Paulus in Efeze 4:
1 Als gevangene in de Here, vermaan ik u dan te wandelen waardig der roeping, waarmede gij geroepen zijt, 
met alle nederigheid en zachtmoedigheid, met lankmoedigheid, en elkander in liefde te verdragen.

En dan gaat Paulus nog een stap verder.

Weet gij niet, dat wij over engelen oordelen zullen? Hoeveel te meer dan over alledaagse dingen?

Ja, de gelovigen zullen niet alleen over heidenen oordelen, maar ook over engelen.
Om deze woorden in ieder geval een stap beter te begrijpen kijken we naar twee passages.

2 Petrus 2:
4 Want indien God engelen, die gezondigd hadden, niet gespaard heeft, maar hen, door hen in de afgrond te werpen, aan krochten der duisternis heeft overgegeven 
om hen tot het oordeel te bewaren
5 en de wereld van de voortijd niet gespaard heeft, maar Noach, de prediker der gerechtigheid, met zeven anderen bewaard heeft, toen Hij de zondvloed over de wereld der goddelozen bracht; 
6 en de steden Sodom en Gomorra tot as verbrand, tot omkering gedoemd en ten voorbeeld gesteld heeft voor hen, die goddeloos zouden leven, 
7 maar de rechtvaardige Lot, die zwaar te lijden had onder de losbandige wandel dier zedelozen, heeft behouden 


Judas:
5 Maar ik wil u te binnen brengen - gij hebt het immers alles eens voor goed vernomen - dat de Here een volk uit het land Egypte verlost heeft, maar een andermaal hen, die niet tot geloof gekomen waren, verdelgd heeft; 
6 en dat Hij engelen, die aan hun oorsprong ontrouw werden en hun eigen woning verlieten, 
voor het oordeel van de grote dag met eeuwige banden onder donkerheid heeft bewaard gehouden;
7 zoals Sodom en Gomorra en de steden in hun nabijheid, die op gelijke wijze als genen haar hoererij hebben botgevierd en ander vlees achternagelopen zijn, daar liggen als voorbeeld, onder een straf van eeuwig vuur. 


Ja, we weten misschien niet precies hoe al deze dingen zullen zijn, maar de engelen die gezondigd hebben wachten op het oordeel Gods.
En de gelovigen zullen daar op de één of andere manier in betrokken worden.
Ook hier zien we dat ons niet alles is geopenbaard.
Details worden niet gegeven, maar één ding is zeker, gelovigen zullen de engelen oordelen.

Wat mogen we leren?
Als gelovigen de bevoegdheid tot rechtspraak hebben over de heidenen en over de engelen, dan hebben gelovigen zeker de mogelijkheid om recht te spreken over "onbetekenende rechtspraak". (Vers 2)

Nee, er is geen enkele reden waarom gelovigen hun geschillen niet zouden kunnen oplossen.
Samen met een grote Vader, samen met een grote Christus, samen met een grote Heilige Geest zijn gelovigen volledig en totaal in staat om geschillen op te lossen, in liefde voor de waarheid en in liefde voor elkaar.

Broeders en zusters, vrienden, wat een mooie woorden.
Laten wij zorgen dat de tempel Gods schoon blijft van conflict en geschillen. Laten we ons daarvoor inzetten met passie en met zorg.
En als er geschillen zijn, laten wij die oplossen in liefde voor de waarheid en in liefde voor Zijn tempel, Zijn heilige tempel.

--------------------------------------------------------------------------------------------------

Ik zeg het om u te beschamen. Is er dan bij u geen enkel wijs man, die uitspraak zal kunnen doen tussen broeders? 


In de eerste drie verzen van dit zesde hoofdstuk was een tweede voorbeeld van de "opgeblazenheid" van de Korinthiërs duidelijk geworden, namelijk, broeders brachten elkaar naar de aardse rechtbank omwille "onbetekenende zaken", de onmogelijkheid hiervan werd aangetoond door, 1) de gelovigen zouden de heidenen oordelen en 2) de gelovigen zouden engelen oordelen.

Door die woorden moest het heel duidelijk zijn aan de Korinthiërs dat zij geschillen, die er tussen hen als broeders waren, volledig, totaal en compleet zelf zouden moeten kunnen oplossen. Met Jezus als leider, met de waarheid als gids en met liefde als alomvattend, was er altijd een oplossing.
Er waren geen aardse rechters nodig om geschillen tussen broeders uit te werken en op te lossen.


Vanuit die gedachte gaan we verder in vers 4.

1 Korinthe 6:
4 Indien gij alledaagse geschillen te berechten hebt, laat gij dan hen zitting nemen, die in de gemeente niet in tel zijn? 

5 Ik zeg het om u te beschamen. Is er dan bij u geen enkel wijs man, die uitspraak zal kunnen doen tussen broeders? 
6 Zoekt nu de ene broeder recht tegen de andere, en dat bij de ongelovigen? 

Indien gij alledaagse geschillen te berechten hebt, laat gij dan hen zitting nemen, die in de gemeente niet in tel zijn?

En ja, zo komt Paulus tot de woorden, "indien gij alledaagse geschillen te berechten heeft, laat gij dan hen zitting nemen, die in de gemeente niet in tel zijn"?

Hier zien we eigenlijk dat Paulus een tweede maal vraagt waarom de gemeente geschillen probeert op te lossen bij hen "die geen deel van de gemeente zijn".
Wie waren in de gemeente niet "in tel"? De woorden vertaald "in tel" komen van het Griekse woord "exoutheneo" en dit woord betekent "iets dat veracht is".
Wie waren dit? 

Het meest voor de hand liggend gaat het hier over de "aardse rechters", want die waren degene die zitting namen, inzake hun geschillen.
In hun "alledaagse geschillen" gingen ze naar de rechters van de wereld. En wie waren dat? Heidenen. 
En nee, die werden "niet geacht" als een deel van de gemeente.
Dus konden zij ook nooit "alledaagse geschillen oplossen" die zich voordeden tussen twee gelovigen.

Ik zeg het om u te beschamen. Is er dan bij u geen enkel wijs man, die uitspraak zal kunnen doen tussen broeders?

En ja, zo gaat Paulus verder, Paulus zei dit alles om werkelijke schaamte teweeg te brengen onder de broeders.
En gaat hij verder, "is er dan geen enkel wijs man, die uitspraak zal kunnen doen tussen broeders"?

In relatie tot de broeder, die in hoererij leefde, had Paulus geschreven:

1 Korinthe 5:
14
 Dit schrijf ik niet om u beschaamd te maken, maar om u als mijn geliefde kinderen terecht te wijzen. 

Ja, aangaande deze broeder had Paulus geschreven om hen terecht te wijzen.

Maar in relatie tot het probleem van de aardse rechters moest Paulus harder zijn.
Dit schreef hij wel duidelijk om echt schaamte op te wekken.

Ja, de gemeente van Korinthe moest inzien dat hun praktijken van aardse, van vleselijke en van natuurlijke origine waren. Ze waren opgeblazen in hun houding.
Ze hadden de tempel van God hierdoor schade aangedaan.
Dit hoorde niet!!

Ja, waar waren dan de "wijze broeders"?
Ja, broeders in de gemeente moeten totaal en volledig in staat zijn om geschillen tussen broeders op te lossen.

Matteus 18:
15 Indien uw broeder zondigt, ga heen, bestraf hem onder vier ogen. 
16 Indien hij naar u luistert, hebt gij uw broeder gewonnen. Indien hij niet luistert, neem dan nog een of twee met u mede, opdat op de verklaring van twee getuigen of van drie elke zaak vaststa. 
17 Indien hij naar hen niet luistert, zeg het dan aan de gemeente. Indien hij naar de gemeente niet luistert, dan zij hij u als de heiden en de tollenaar.


In de eerste vier hoofdstukken van 1 Korinthe hebben we gezien dat voor de wereld het evangelie Gods een dwaasheid was.
Maar in de gemeente waren ze nu ook dwaas geworden. Ze hadden een vleselijke houding, een natuurlijke houding en een menselijke houding.

En zo vraagt Paulus of er nog iemand is die ware wijsheid heeft.

Deze gemeente had bekering nodig. Er was een noodzaak aan broeders die geestelijk waren.
Die de tempel Gods heilig zouden houden.

Zoekt nu de ene broeder recht tegen de andere, en dat bij de ongelovigen?

Waren ze nu zover gedaald dat broeders hun recht zochten bij de ongelovige rechters?
Ja, dat was hetgeen dat er gebeurde!!
Christenen die hun "onderlinge verschillen" gaan oplossen bij aardse rechters!!
Tot schaamte van de gelovigen!! En tot laster van de ware tempel Gods.

Wat leren wij uit deze dingen?

Christenen hebben een Meester in wiens voetstappen zij mogen volgen. 
Christenen hebben een Meester in wie alle schatten van wijsheid en kennis is.

Kolossenzen 2: 

en zij het geheimenis Gods mogen kennen,Christus, 
in wie al de schatten der wijsheid en kennis verborgen zijn

Christenen hebben een Meester in die de weg van ware liefde altijd zichtbaar is, een liefde die zich offerde.

Johannes 13:
34 Een nieuw gebod geef Ik u, dat gij elkander liefhebt; gelijk Ik u liefgehad heb, dat gij ook elkander liefhebt. 
35 Hieraan zullen allen weten, dat gij discipelen van Mij zijt, 
indien gij liefde hebt onder elkander.

Christenen hebben een Meester die heeft laten zien dat dienstbaarheid een krachtig en overwinnend werk is.

Matteus 20:
26 Zo is het onder u niet. 
Maar wie onder u groot wil worden, zal uw dienaar zijn, 
27 en wie onder u de eerste wil zijn, zal uw slaaf zijn; 
28 gelijk de Zoon des mensen niet gekomen is om Zich te laten dienen, maar om te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor velen. 

En dat moesten de gelovigen in Korinthe weer leren, terug in "de voetstappen van Jezus".

Broeder en zuster, vriend, waar sta jij?
Ben jij verbonden aan Christus? 
Wandel jij in de liefde, zoals Hij liefhad?
Ben jij een dienaar geworden van anderen?


-------------------------------------------------------------------------------------

Waarom lijdt gij niet liever onrecht? Waarom laat gij u niet liever te kort doen? Maar zelf doet gij onrecht en doet gij te kort, en dat aan broeders. 


In de eerste zes verzen van 1 Korinthe 6 heeft Paulus een pijnlijk probleem benoemd dat zich afspeelde in de gemeente, broeders brachten elkaar met "onderlinge geschillen" naar de aardse (Heidense) rechtbank.

En ja, Paulus moest de broeders eraan herinneren dat zij, als gelovigen samen met Christus, in het oordeel heidenen en engelen zouden oordelen.
Als dit zo was, hoe was het dan ooit mogelijk dat zij als gelovigen in Christus, hun "onderlingen verschillen" moesten laten beoordelen door heidense rechters.
Niets dan dat was verder van de waarheid. En dit schond de tempel van God. (1 Kor. 3: 16, 17)

In vers 7 en 8 gaat Paulus hen laten zien wat het antwoord had moeten zijn op deze "onderlinge verschillen".

1 Korinthe 6:
7 Maar dan is de zaak voor u reeds geheel verloren, dat gij tegen elkander rechtszaken hebt. Waarom lijdt gij niet liever onrecht? Waarom laat gij u niet liever te kort doen? 
8 Maar zelf doet gij onrecht en doet gij te kort, en dat aan broeders. 


Maar dan is de zaak voor u reeds geheel verloren, dat gij tegen elkander rechtszaken hebt.

Ja, dit is het enige waarheidsgetrouwe antwoord op deze zaken, "dan is de zaak voor u reeds geheel verloren".
Wow, Paulus laat zien dat broeders die elkaar naar de rechtbank brengen aangaande onderlinge verschillen, de zaak al geheel hebben verloren.
Waarom? Christenen horen hun verschillen aan de hand van de waarheid en aan de hand van liefde te kunnen uitwerken.

Ja, broeders die elkaar naar de aardse rechtbank brengen die hebben al verloren.
Daar is geen enkele winst in te behalen.
En daarnaast, de ware tempel van God is geschonden!!
Als broeder tegen broeder strijd, dan is de tempel Gods geschonden!!
Als broeder tegen broeder strijd, in een aardse rechtszaak, dan is de tempel Gods nog dieper geschonden!!

De tempel van God hoort een tempel te zijn waar rechtvaardigheid, vrede en blijdschap woont. (Rom. 14: 17)

Efeze 4:
1 Als gevangene in de Here, vermaan ik u dan te wandelen waardig der roeping, waarmede gij geroepen zijt, 
met alle nederigheid en zachtmoedigheid, met lankmoedigheid, en elkander in liefde te verdragen, 
en u te beijveren de eenheid des Geestes te bewaren door de band des vredes
4 een lichaam en een Geest, gelijk gij ook geroepen zijt in de ene hoop uwer roeping, 
5 een Here, een geloof, een doop,
6 een God en Vader van allen, die is boven allen en door allen en in allen. 


Ja, broeders horen met elkaar om te gaan in een 1) geest van nederigheid, 2) een geest van zachtmoedigheid, 3) een geest van lankmoedigheid, 4) elkaar in liefde verdragen en 5) beijveren om de eenheid van de Geest te bewaren.

Ja, in deze principes is geen ruimte voor "aardse rechtbanken en aardse systemen".

De Bijbel geeft ons het mooiste systeem dat ooit de mensheid heeft bereikt.
Het systeem van liefde en waarheid.

En in Christus, daar zijn ALLE schatten van wijsheid en kennis.

Kollosenzen 2: 
en zij het geheimenis Gods mogen kennen,Christus, 
in wie al de schatten der wijsheid en kennis verborgen zijn

Kollosenzen 2: 
Ziet toe, dat niemand u medeslepe door zijn wijsbegeerte en door ijdel bedrog in overeenstemming met de overlevering der mensen, met de wereldgeesten en niet met Christus, 
9 want in Hem woont al de volheid der godheid lichamelijk; 
10 en gij hebt de volheid verkregen in Hem, die het hoofd is van alle overheid en macht. 


Ja, en zo waarschuwt Kollosenzen voor wijsbegeerte en ijdel bedrog.
De waarheid van Christus en de liefde van Christus, dat is de kompas voor de gelovige.

Waarom lijdt gij niet liever onrecht?

Ja, de waarheid en liefde van Jezus.
Hoe zag deze eruit?

Filippenzen 2:

1 Indien er dan enig beroep (op u gedaan mag worden) in Christus, indien er enige bemoediging is der liefde, indien er enige gemeenschap is des geestes, indien er enige ontferming en barmhartigheid is 
maakt (dan) mijn blijdschap volkomen door eensgezind te zijn, een in liefdebetoon, een van ziel, een in streven, 
zonder zelfzucht of ijdel eerbejag; doch in ootmoedigheid achte de een de ander uitnemender dan zichzelf; en ieder lette niet slechts op zijn eigen belang, 
maar ieder (lette) ook op dat van anderen. 
5 Laat die gezindheid bij u zijn, welke ook in Christus Jezus was, 
6 die, in de gestalte Gods zijnde, het Gode gelijk zijn niet als een roof heeft geacht, 
7 maar Zichzelf ontledigd heeft, en de gestalte van een dienstknecht heeft aangenomen, en aan de mensen gelijk geworden is. 
8 En in zijn uiterlijk als een mens bevonden, heeft Hij Zich vernederd en is gehoorzaam geworden tot de dood, ja, tot de dood des kruises. 


(Zie verder:1 Petrus 2: 21- 25)

(Ook Paulus zelf leefde in deze onbaatzuchtige houding, 9: 11- 15, volgens 4: 11- 13
En daarnaast, Rom. 12: 17; 1 Tess. 5: 15)

En zo is de boodschap van Paulus identiek aan die van Jezus.
Het is beter met geduld onrecht te accepteren dan voor de rechter te staan en je gelijk te halen.

Hier zit de werkelijke waarde van het Christelijke karakter.
Accepteer met geduld het onrecht.

Waarom laat gij u niet liever te kort doen?


Opnieuw, hier zien we de werkelijke kracht van het Chistelijke karakter.
Doe jezelf liever tekort, dan op te komen voor je recht.

Zoals Jezus, Hij gaf alles om ons rijk te maken.
Hij gaf alles, Hij gaf alles.

Maar zelf doet gij onrecht en doet gij te kort, en dat aan broeders.

En ja, zo zien we in deze woorden dat Paulus twee aanklachten heeft, te weten, 1) Gij doet onrecht en 2) en gij doet tekort aan de broeders.

En dieper, de tempel Gods was geschonden door de houding van de broeders.
Gods naam was schaamte aangedaan.

Broeders en zusters, vrienden, waar staan wij?
Kunnen wij Jezus imiteren in het dragen van onrecht?
Broeders en zusters, vrienden, waar sta jij in jou dienstbaarheid aan Hem?

Broeders en zusters, vrienden, tot welke diepte heeft de liefde en dienstbaarheid van Jezus jou leven geraakt?
Kan jij dienstbaar zijn aan je broeder en zuster?
Ook als je moet dragen, wat niet van jou is?

Ja, Jezus droeg en blijft dragen.
Volg jij in Zijn voetstappen?
Daar zit de werkelijke kracht van Christelijke liefde.
Dragen voor de ander, dragen voor je broeder en je zuster.

Ja, zoals Jezus zelf zei: "ik ben niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen".

Vader, ons gebed is,
Dat wij ook mogen leren om te dragen, 
Wat niet van ons is,
Vader, help ons om te lijden,
Voor onze broeder en zuster,
Vader, help ons onrecht te dragen,
Voor onze broeder en zuster,
Totdat wij volmaakt mogen zijn in de liefde, 
Tot lof en glorie van uw heilige Tempel.

---------------------------------------------------------------------------------------------------

Of weet gij niet, dat onrechtvaardigen het Koninkrijk Gods niet beërven zullen?


In de eerste vier hoofdstukken en één keer in hoofdstuk 5 heeft Paulus beschreven waar het werkelijke probleem zat van de gemeente van Korinthe.
Ze waren opgeblazen. Dit woord heeft de betekenis van aards en vleselijk denken. 

Dit staat in schril contrast tot hoe de ware gemeente van Christus hoort te denken.
De gemeente van Christus hoort te bedenken de dingen die boven zijn. (Koll. 3: 1- 17)

In hoofdstuk 5 heeft Paulus benoemd dat de gemeente een hoereerder tolereerde en in het zesde hoofdstuk heeft Paulus aangegeven dat het totaal verkeerd was als broeders elkaar naar de rechtbank brachten aangaande "onderlinge verschillen".

Nu, in het laatste gedeelte van hoofdstuk 6 komt Paulus met een hele belangrijke waarschuwing aan de gemeente.

1 Korinthe 6:

9 Of weet gij niet, dat onrechtvaardigen het Koninkrijk Gods niet beerven zullen? 
10 Dwaalt niet! Hoereerders, afgodendienaars, overspelers, schandjongens, knapenschenders, dieven, geldgierigen, dronkaards, lasteraars of oplichters zullen het Koninkrijk Gods niet beërven. 

Of weet gij niet, dat onrechtvaardigen het Koninkrijk Gods niet beërven zullen?

Hier zijn belangrijke woorden voor gelovigen!!
Gelovigen die bezig zijn met onrechtvaardige zaken zullen het koninkrijk van God niet beërven!!

En ja, op dit moment zaten er mensen in deze gemeente die onrechtvaardig aan het leven waren.
Ja, op dit moment waren er die de tempel van God schonden. (1 Kor. 3: 16, 17)
En als deze gelovigen hun wegen niet zouden veranderen zouden ze verloren gaan.

(We weten uit 2 Korinthe 7: 8- 11 dat deze gemeente zich bekeerde van hun verkeerde daden)

Dwaalt niet!

Dit zijn krachtige woorden!!

Het woord vertaald "dwaalt" komt van het Griekse woord "planao" en betekent "om van de rechte weg afgeweken te zijn", en in deze context, om van de ware weg van Christus afgeweken te zijn.

Ja, en nu krijgt de gemeente een hele sterke waarschuwing.
Deze gemeente was de tempel van God aan het schenden.
Er moest gebroken worden met de zonde.

Matteus 5:
29 
Indien dan uw rechteroog u tot zonde zou verleiden, ruk het uit en werp het van u, want het is beter voor u, dat een uwer leden verloren ga en niet uw gehele lichaam in de hel geworpen worde. 
30 
En indien uw rechterhand u tot zonde zou verleiden, houw haar af en werp haar van u; want het is beter voor u, dat een uwer leden verloren ga en niet uw gehele lichaam ter helle vare

Hebreeën 12:
3 Vestigt uw aandacht dan op Hem, die zulk een tegenspraak van de zondaren tegen Zich heeft verdragen, opdat gij niet door matheid van ziel verslapt. 
Gij hebt nog niet ten bloede toe weerstand geboden in uw worsteling tegen de zonde, 
5 en gij hebt de vermaning vergeten, die tot u als tot zonen spreekt: Mijn zoon, acht de tuchtiging des Heren niet gering,en verslap niet, als gij door Hem bestraft wordt, 
6 want wie Hij liefheeft, tuchtigt de Here, en Hij kastijdt iedere zoon, die Hij aanneemt.

Hoereerders:
4205 ‘pornos
1) een man die zijn lichaam verhuurt om de lusten van iemand anders te bevredigen
2) een mannelijke prostitué 
3) een man die zich aan onwettige sexuele omgang overgeeft, bedrijver van ontucht, overspeler 

Dit woord beschrijft een mannelijke prostitue, en daarnaast is het een breder woord dat ook andere seksuele uitspattingen beschrijft.
(Zoals de man in hoofdstuk 5 die met de vrouw van zijn vader het bed deelde)

Afgodendienaars:
1496 eidoololatres
1) een aanbidder van valse goden, afgodendienaar 
1a) gebruikt van iedereen, zelfs van een gelovige, die op een of andere manier aan de aanbidding van heidenen deelneemt, in het bizonder iemand die hun offerfeesten bijwoont en van de overblijfselen van de offerdieren eet 
2) een hebzuchtig iemand als dienaar van Mammon 

Dit woord beschrijft hen voor wie God ten diepste niet op de eerste plaats staat.
De roep van het evangelie is om Hem lief te hebben met heel ons hart, met heel onze ziel, met geheel ons verstand en met geheel onze kracht.
Alles wat daartussen instaat is ten diepste een afgod.

Overspelers:

3432 moichos
1) een echtbreker 
2) metaf. iemand die aan God ontrouw is, goddeloos 

Dit woord beschrijft iemand die getrouwd is en buiten het verbond van dit huwelijk seksuele contacten onderhoudt.

Schandjongens:


3120 malakos
1) zacht, week bij aanraking 
2) metaf. in ongunstige zin 
2a) verwijfd, verweekt 
2a1) van een jongen die gehouden wordt voor homoseksuele relaties met een man 
2a2) van een man die zijn lichaam onderwerpt aan onnatuurlijke ontucht 
2a3) van een mannelijke prostitué 

De letterlijke definitie van dit woord is "zacht en week", het beschrijft mannen die seksuele contacten met andere mannen onderhouden, maar dan in het bijzonder die "zacht en week" zijn.

Knapenschenders:


733 arsenokoites
1) knapenschender, sodomiet, homosexueel 

In vergelijking met het vorige woord beschrijft dit woord de meer actieve partner in de homoseksuele relatie.

Dieven:
2812 kleptes
1) bedrieger, kruimeldief 
1a) de naam wordt ook toegepast op valse leraars, die het er niet om te doen is mensen onderricht te geven, maar hun vertrouwen ten eigen nutte te misbruiken 

Dit woord beschrijft hen die zich op een onrechtmatige manier zaken van anderen toe-eigenen.

 Geldgierigen:
4123 pleonektes
1) iemand die meer wil hebben, vooral wat van een ander is 
2) hebzuchtig, winziek 

Dit woord beschrijft hen die hebzuchtig zijn, hen die meer willen hebben, hen die materialistisch gericht zijn.

Dronkaards:


3183 methusos
1) dronken 

Dit woord beschrijft hen die zich laten beïnvloeden door overmatig drankgebruik.

Lasteraars:


3060 ‘loidoros
1) spotter, beschimper, lasteraar 

Dit woord beschrijft iemand die met woorden de ander misbruikt en de ander pijn doet.
Iemand die met woorden pijn veroorzaakt in het leven van een ander.
Dit woord beschrijft ook het principe van roddelen.
 
Oplichters:
727 harpax
1) roofgierig 
2) afperser, rover 

Dit woord beschrijft iemand die iets met geweld wegneemt van de ander.

Zullen het Koninkrijk Gods niet beërven. 

Dit zijn belangrijke woorden.
Ja, Christenen die met bovenstaande zaken bezig zijn, kunnen het koninkrijk niet beërven.

We leven in dagen dat er veel gesproken wordt over de ernst van homoseksualiteit, euthanasie en abortus.
En natuurlijk, dat zijn zondige zaken.

Maar, geliefde broeders en zusters, vrienden, God maakt ten diepste geen onderscheid in kleine of grotere zonde.
Bij God is zonde een zonde. En actieve zonde brengt de dood voort.
Of het dan homoseksualiteit of geldgierigheid is!
Of dat het overspel of dronkenschap is!
Of dat het euthanasie of roddel is!

Geldgierig zijn geeft scheiding tussen gelovigen en God.
Lastering brengt scheiding tussen gelovigen en God.
Roddel brengt scheiding tussen gelovigen en God.

Kijk naar het onderstaande vers uit Galaten 5, het is niet alleen hoererij, maar ook veten, twist, afgunst, uitbarstingen van toorn, tweedracht, partijschappen, nijd dronkenschap, brasserijen en dergelijke........................................................die een scheiding brengen tussen de gelovige en God.
En diegene die met die zaken bezig zijn, zij kunnen het koninkrijk niet beërven.

Broeders en zusters, vrienden, laten we leren om te denken zoals God denkt.
Laten we leren om de zaken te benoemen zoals God ze benoemt.

Satan heeft teveel mogelijkheden gekregen in het verkeerd definiëren van zonde, het onderscheid maken tussen grote en kleine zonde en van het her-definiëren van zonde. Satan heeft teveel mogelijkheden gekregen. 

Bij God is zonde nog steeds zonde.
En als gelovigen horen wij met zonde te breken.

Galaten 5: 
17 Want het begeren van het vlees gaat in tegen de Geest en dat van de Geest tegen het vlees - want deze staan tegenover elkander - zodat gij niet doet wat gij maar wenst. 
18 Indien gij u echter door de Geest laat leiden, dan zijt gij niet onder de wet. 
19 
Het is duidelijk, wat de werken van het vlees zijn: hoererij, onreinheid, losbandigheid, 
20 
afgoderij, toverij, veten, twist, afgunst, uitbarstingen van toorn, zelfzucht, tweedracht, partijschappen, 
21 
nijd, dronkenschap, brasserijen en dergelijke, waarvoor ik u waarschuw, zoals ik u gewaarschuwd heb, dat wie dergelijke dingen bedrijven, het Koninkrijk Gods niet zullen beerven. 
22 Maar de vrucht van de Geest is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing. 
23 Tegen zodanige mensen is de wet niet. 

 

------------------------------------------------------------------------------------------------

En sommigen uwer zijn dat geweest.

In de voorgaande verzen, 9 en 10, hebben we gezien dat Paulus aangeeft dat diegene die "met de werken van het vlees" bezig zijn, het koninkrijk van God niet zullen beërven. Dit was een sterke en krachtige waarschuwing aan de gemeente van Korinthe.

En daar gaat Paulus op verder in vers 11.

1 Korinthe 6: 11
11 En sommigen uwer zijn dat geweest. Maar gij hebt u laten afwassen, maar gij zijt geheiligd, maar gij zijt gerechtvaardigd door de naam van de Here Jezus Christus en door de Geest van onze God. 

En sommigen uwer zijn dat geweest.

Ja, in de gemeente van Korinthe waren "sommigen" dat geweest, voor hun wedergeboorte.
Voordat sommigen tot geloof in God waren gekomen waren ze bezig geweest met deze zaken.

Maar nu waren de zaken weer terug bij af, om het zo maar te zeggen, sommigen waren weer bezig met de werken van het vlees, dezelfde werken als die zij deden voordat zij wederom geboren waren. Dit was een totaal omgekeerde wereld.

Ze waren vrij van zonde geworden, maar nu waren ze er weer in teruggegaan.
Ze waren de tempel van God aan het schenden. (1 Kor. 3: 16, 17)

Maar gij hebt u laten afwassen.

Ja, toen deze mensen tot geloof in God kwamen hadden ze zich laten afwassen.
Afwassen van zonde en zondeschuld. Ze werden daardoor rein. 

Handelingen 22:
16 En nu, wat aarzelt gij nog? Sta op, laat u dopen en uw zonden afwassen, onder aanroeping van zijn naam. 

Ja, de afwasssing van zonde gebeurd als iemand gedoopt wordt.
(Handl. 2: 37, 38; Rom. 6; 1 Kor. 12: 13; Koll. 2: 11, 12; Gal. 3: 27; Titus 3: 3- 7; 1 Petrus 3: 21)

Maar gij zijt geheiligd.

Het woord "geheiligd" komt van het Griekse woord "hagiazo" en dit woord betekent "apart gezet". Wanneer wordt iemand apart gezet?

Kollosenzen 1:
13 Hij heeft ons verlost uit de macht der duisternis 
en overgebracht in het Koninkrijk van de Zoon zijner liefde, 
14 in wie wij de verlossing hebben, de vergeving der zonden


Ja, als iemand wederom geboren word, door geloof, bekering en de doop, wordt iemand "overgebracht" vanuit de macht van de duisternis in het koninkrijk van de Zoon Zijner liefde.


We komen ditzelfde principe tegen in Handelingen 2:

Handelingen 2 

37 Toen zij dit hoorden, werden zij diep in hun hart getroffen, en zij zeiden tot Petrus en de andere apostelen: Wat moeten wij doen, mannen broeders? 
38 En Petrus antwoordde hun: Bekeert u en een ieder van u late zich dopen op de naam van Jezus Christus, tot vergeving van uw zonden, en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen. 
39 Want voor u is de belofte en voor uw kinderen en voor allen, die verre zijn zovelen als de Here, onze God, ertoe roepen zal. 
40 En met nog meer andere woorden getuigde hij, en hij vermaande hen, zeggende Laat u behouden uit dit verkeerde geslacht. 
41 
Zij dan, die zijn woord aanvaardden, lieten zich dopen en op die dag werden ongeveer drieduizend zielen toegevoegd. 
42 En zij bleven volharden bij het onderwijs der apostelen en de gemeenschap, het breken van het brood en de gebeden. 

Op het moment dat deze mensen zich lieten dopen, werden zij "toegevoegd". Zij veranderden van plaats.
Ja, zij werden aan de groep toegevoegd van hen die behouden waren. Ze waren nu "apart gezet".

En in deze "vernieuwing" bleven zij 1) volharden in het onderwijs der apostelen, 2) de gemeenschap, 3) het breken van het brood en 4) de gebeden.

En dit is ook waar de gemeente van Korinthe faalde.
Zij waren niet meer aan het volharden in de leer van de apostelen, nee, zij hadden weer vreemde zaken toegelaten.
Zij waren weer vleselijk en natuurlijk gaan denken.
Hun denken was vertroebeld geraakt.

Ze moesten weer herinnerd worden dat ze "toegevoegd" waren aan de gemeente, de gemeente van Christus.
En in die "toevoeging" waren zij de tempel van God geworden, en die hoorde rein te blijven.

Maar gij zijt gerechtvaardigd.

Ja, zondaars worden "gerechtvaardigd" voor God door de wedergeboorte, door het geloof.
Gerechtvaardigd komt van het Griekse woord "dikai" en betekent, "om iemand recht te verklaren". Of om iemand die schuldig is onschuldig te verklaren.

Romeinen 3:
21 Thans is echter buiten de wet om gerechtigheid Gods openbaar geworden, waarvan de wet en de profeten getuigen, 
22 
en wel gerechtigheid Gods door het geloof in Jezus Christus, voor allen, die geloven; want er is geen onderscheid. 
23 Want allen hebben gezondigd en derven de heerlijkheid Gods,
24 en worden om niet gerechtvaardigd uit zijn genade, door de verlossing in Christus Jezus. 


En ja, rechtvaardigmaking kan alleen maar door geloof in Jezus Christus.
Er is geen andere weg.
Hij is de weg, de waarheid en het leven.


Alleen door Jezus kan een mens gerechtvaardigd worden.

Door de naam van de Here Jezus Christus.

Ja, afwassing van zonde, heiligmaking en rechtvaardigmaking kan alleen maar door "de naam van Jezus".
Jezus Christus heeft dit alles mogelijk gemaakt door Zijn offer aan het kruis van Golgotha.

Alleen door Hem, alleen door Hem.

En door de Geest van onze God.


Ja, afwassing van zonde, heiligmaking en rechtvaardigmaking kan alleen maar door "de Geest van onze God".

Titus 3: 
4 Maar toen de goedertierenheid en mensenliefde van onze Heiland (en) God verscheen, 
5 heeft Hij, niet om werken der gerechtigheid, die wij zouden gedaan hebben, doch naar zijn ontferming ons gered door het bad der wedergeboorte 
en der vernieuwing door de Heilige Geest, 
6 die Hij rijkelijk over ons heeft uitgestort door Jezus Christus, onze Heiland, 
7 opdat wij, gerechtvaardigd door zijn genade, erfgenamen zouden worden overeenkomstig de hope des eeuwigen levens. 


Ja, als een mens wederom geboren wordt dan wordt dit nieuwe leven gegeven door de kracht van de Heilige Geest.
Zoals in Genesis, het was de Geest van God die de adem blaasde in Adam, en zo werd hij een levend wezen.
De Geest is de enige die leven kan geven.

Johannes 1:
12 Doch allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen Gods te worden, hun, die in zijn naam geloven; 
13 die niet uit bloed, noch uit de wil des vlezes, noch uit de wil eens mans,
 doch uit God geboren zijn

Ja, er moet een goddelijke geboorte plaatsvinden. En dat doet God door de Geest.

Johannes 3: 
3 Jezus antwoordde en zeide tot hem: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, tenzij iemand wederom geboren wordt, kan hij het Koninkrijk Gods niet zien. 
4 Nikodemus zeide tot Hem: Hoe kan een mens geboren worden, als hij oud is? Kan hij dan voor de tweede maal in de moederschoot ingaan en geboren worden 
5 Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar, 
Ik zeg u, tenzij iemand geboren wordt uit water en Geest, kan hij het Koninkrijk Gods niet binnengaan. 
6 Wat uit het vlees geboren is, is vlees, en wat uit de Geest geboren is, is geest. 
7 Verwonder u niet, dat Ik u gezegd heb: Gijlieden moet wederom geboren worden. 
8 De wind blaast, waarheen hij wil, en gij hoort zijn geluid, maar gij weet niet, vanwaar hij komt of waar hij heengaat; 
zo is een ieder, die uit de Geest geboren is.

Ja, er is een geboorte nodig uit water en Geest.


Johannes 6:
63 De Geest is het, die levend maakt, het vlees doet geen nut; de woorden, die Ik tot u gesproken heb, zijn geest en zijn leven. 

Het is alleen de Geest van God die levend kan maken.

Ja, wedergeboorte, zoals Adam een levende ziel werd door de Geest, zo kan een mens alleen maar opnieuw geboren worden door de Geest van God.

Is God goed?
Ja, God is goed!!

Ben jij al wederom geboren?
Ben jij gewassen door de naam van Jezus, en de Heilige Geest?
Ben jij geheiligd, door de maan van Jezus, en de Heilige Geest?
Ben jij gerechtvaardigd, door de naam van Jezus, en de Heilige Geest?


---------------------------------------------------------------------------------------------------

En sommigen uwer zijn dat geweest.

In de laatste week hebben we al tijd en aandacht geschonken aan 1 Korinthe 6: 9- 11.
Vandaag wil ik daar nog een tweede keer bij stilstaan, maar vanuit een andere hoek.

1 Korinthe 6: 9- 11
9 Of weet gij niet, dat onrechtvaardigen het Koninkrijk Gods niet beerven zullen? 
10 Dwaalt niet! Hoereerders, afgodendienaars, overspelers, 
schandjongens, knapenschenders, dieven, geldgierigen, dronkaards, lasteraars of oplichters zullen het Koninkrijk Gods niet beerven. 
11 
En sommigen uwer zijn dat geweest. Maar gij hebt u laten afwassen, maar gij zijt geheiligd, maar gij zijt gerechtvaardigd door de naam van de Here Jezus Christus en door de Geest van onze God. 

Aangaande deze tekst, twee delen.
In het eerste deel vier belangrijke punten en in het tweede deel een aantal cruciale en belangrijke toepassingen.

Deel 1:


In de eerste plaats, onrechtvaardigen zullen het koninkrijk Gods niet beërven.

In de tweede plaats, onder hen die genoemd worden als zij die het koninkrijk niet zullen beërven zien we "schandjongens en knapenschenders".

Schandjongens:

3120 malakos
1) zacht, week bij aanraking 
2) metaf. in ongunstige zin 
2a) verwijfd, verweekt 
2a1) van een jongen die gehouden wordt voor homoseksuele relaties met een man 
2a2) van een man die zijn lichaam onderwerpt aan onnatuurlijke ontucht 
2a3) van een mannelijke prostitué 

De definitie van dit woord is "zacht en week in een ongunstige zin",  het beschrijft mannen die seksuele contacten met andere mannen onderhouden, maar dan in het bijzonder die "zacht en week" zijn in die relatie.

Knapenschenders:


733 arsenokoites
1) knapenschender, sodomiet, homosexueel 

In vergelijking met het vorige woord beschrijft dit woord de meer actieve partner in de homoseksuele relatie.
Dus ja, we zien hier een heel duidelijk beeld, dit beschrijft hen die als man met man gemeenschap hebben.
We zien dit verder beschreven in twee andere teksten in het nieuwe Testament.

Romeinen 1:
26 Daarom heeft God hen overgegeven aan schandelijke lusten, want hun vrouwen hebben de natuurlijke omgang vervangen door de tegennatuurlijke
27 
Eveneens hebben de mannen de natuurlijke omgang met de vrouw opgegeven, en zijn in wellust voor elkander ontbrand, als mannen met mannen schandelijkheid bedrijvende en daardoor het welverdiende loon voor hun afdwaling in zichzelf ontvangende. 

In deze tekst zien we 1) hoe de vrouw besproken word die de natuurlijke omgang heeft vervangen door de tegennatuurlijke en 2) hoe de man besproken wordt die de natuurlijke omgang met de vrouw heeft opgegeven en "in wellust voor elkander ontbrand, als mannen met mannen schandelijkheid bedrijven".

Dit laat duidelijk zien dat "het natuurlijke" de relatie tussen man en vrouw beschrijft, en "het tegennatuurlijke", "de vrouw met de vrouw" en "de man met de man".
En voor God is dit schandelijk.

1 Tim 1:
8 Wij weten, dat de wet goed is, indien iemand haar wettig toepast, 
9 wel wetend, dat de wet niet gesteld is voor de rechtvaardige, maar voor wettelozen en tuchtelozen, voor goddelozen en zondaars, voor onverlaten en onheiligen, voor vadermoorders en moedermoorders en doodslagers, 
10 hoereerders, 
knapenschenders, zielverkopers, leugenaars, meinedigen, en al wat verder ingaat tegen de gezonde leer, 
11 in overeenstemming met het evangelie der heerlijkheid van de zalige God, dat mij is toevertrouwd. 


In deze tekst zien we ook weer een opsomming van zonden, onder deze ook weer "de knapenschenders".

Zo zien we dat het nieuwe Testament duidelijk spreekt over homoseksualiteit.
Voor God is dit een zonde.

In de derde plaats, zien we de woorden: "en sommigen uwer zijn dat geweest".

In de vierde plaats, zien we dat deze zich hadden gewassen, ze waren geheiligd en ze waren gerechtvaardigd.


------------------------------------------------------------------------------------------------

Deel 2:

 

Ten eerste:
We leven in een wereld waarin er heel veel gesproken wordt over de oorzaak, of oorzaken, van homoseksualiteit.
De meningen daarover verschillen, er zijn diegene die stellen dat het louter aangeboren is en er zijn anderen die stellen dat het een keuze is.
Terwijl het doel van dit schrijven niet is om de oorzaak of oorzaken precies te begrijpen, zijn degene die zich serieus hiermee bezig houden het wel met elkaar eens dat er een aantal verschillende oorzaken aan ten grondslag liggen.
Daaronder belangrijke aspecten als 1) de ongezonde leef-omgeving tijdens de zwangerschap en jonge leven van een kind, 2) de afwezigheid van de "ware vader", (en dan bedoelen we de vader die niet echt tijd doorbrengt met zijn kind en het kind niet de ware mannelijkheid laat zien die nodig is voor een gezonde seksuele ontwikkeling) en 3) de afwezigheid van ware vaders en leiders in de maatschappij. 

(Weet dat we door deze woorden te delen geen dader zoeken, maar veel meer een eerlijke diagnose willen stellen hoe iets tot stand komt)

Ten tweede:
Wat de oorzaak, of oorzaken, van homoseksualiteit ook maar precies zijn, een mens kan dit tot het verleden laten!!
We zien dat een belangrijke relatie tussen de woorden, schandjongens en knapenschenders, en "en sommigen van u zijn dit geweest".

Wat laat dit zien?
Dit laat zien dat een mens zich kan afkeren van deze zonde, zich naar God wenden, zich laat afwassen, zich laat heiligen en zich laat rechtvaardigen.
De tekst laat zien, wat de oorzaak of oorzaken ook maar precies zijn, met God is er een weg naar ware reinheid.

Dit is zo belangrijk!!
Er wordt zoveel gediscussieerd over oorzaken en of homoseksualiteit iets is waarvan iemand afstand kan nemen.
God is de waarheid, en God laat zien dat iemand, als hij of zij dat wil, zich tot Hem kan keren met een hart van geloof en bekering, zich kan laten afwassen om zo gerechtvaardigd en geheiligd voor God te leven. Om zo een deel te worden van Zijn ware tempel.

Ten derde:

Als we goed naar 1 Korinthe 6 en 1 Tim 1 kijken dan zien we dat er voor God geen onderscheid is tussen de ene of de andere zonde. "Dwaalt niet! Hoereerders, afgodendienaars, overspelers, schandjongens, knapenschenders, dieven, geldgierigen, dronkaards, lasteraars of oplichters zullen het Koninkrijk Gods niet beerven, en in 1 Timoteus 1: wel wetend, dat de wet niet gesteld is voor de rechtvaardige, maar voor wettelozen en tuchtelozen, voor goddelozen en zondaars, voor onverlaten en onheiligen, voor vadermoorders en moedermoorders en doodslagers, hoereerders, knapenschenders, zielverkopers, leugenaars, meinedigen, en al wat verder ingaat tegen de gezonde leer.

Ja, dit is heel belangrijk.
We leven in een wereld, een Christelijke wereld, waarin te vaak en te veel onderscheid wordt gemaakt tussen "grote zonde" en "kleine zonde".
Dit is een grove misvatting.


Er word zo vaak gesproken over de grove zonde van homoseksualiteit, abortus en euthanasie.
Zijn deze zaken zondig? Ja, natuurlijk.
Maar zo is ook een geldgierige een zondaar, en dronkaards zijn ook zondaars, leugenaars zijn ook zondaars.

Ja, als we kijken naar deze teksten dan zien we dat er geen onderscheid gemaakt word in Gods ogen tussen, "Hoereerders, afgodendienaars, overspelers, schandjongens, knapenschenders, dieven, geldgierigen, dronkaards, lasteraars of oplichters, wettelozen en tuchtelozen, voor goddelozen en zondaars, voor onverlaten en onheiligen, voor vadermoorders en moedermoorders en doodslagers, hoereerders, knapenschenders, zielverkopers, leugenaars, meinedigen, en al wat verder ingaat tegen de gezonde leer". 

Broeders en zusters, vrienden, laten wij geen onderscheid maken dat God ook niet maakt.
Laten wij de zaken benoemen voor wat ze werkelijk zijn!!
Laten we geen onderscheid maken waar God geen onderscheid heeft gemaakt.

Ten vierde:

Bij God zijn alle dingen mogelijk.

Jeremia 32:

17 Ach, Here Here, zie, Gij hebt de hemel en de aarde gemaakt door uw grote kracht en uw uitgestrekte arm; niets zou te wonderlijk zijn voor U
18 Die aan duizenden goedertierenheid bewijst en de ongerechtigheid der vaderen in de boezem van hun kinderen na hen vergeldt, o grote, sterke God, wiens naam is Here der heerscharen, 
19 Groot van raad en machtig van daad, wiens ogen open zijn over alle wegen der mensenkinderen om aan een ieder te geven naar zijn wegen en naar de vrucht zijner handelingen.

Ja, kan God mensen helpen en bijstaan om zondige zaken af te leggen?
Ja! Bewijs? God heeft de hemel en aarde geschapen door Zijn grote kracht en uitgestrekte arm!...................NIETS IS TE WONDERLIJK VOOR HEM!!!!

Ja, bij God zijn alle dingen mogelijk!!
Zoals Jeremia 32 schrijft, "Gij hebt de hemel en de aarde gemaakt door uw grote kracht en uw uitgestrekte arm".

Dit is het bewijs!
En dat bewijs is dagelijks in ons midden, of, wij worden dagelijks omringt door dit bewijs.
Onze ogen kunnen dit bewijs zien, omarmen en daarvan uit leven. 

Matteus 19:

23 Jezus zeide tot zijn discipelen: Voorwaar, Ik zeg u, een rijke zal moeilijk het Koninkrijk der hemelen binnengaan. 
24 Wederom zeg Ik u, het is gemakkelijker, dat een kameel gaat door het oog van een naald dan dat een rijke het Koninkrijk Gods binnengaat. 
25 Toen de discipelen dit hoorden, waren zij zeer verslagen en zeiden: Wie kan dan behouden worden?
26 Jezus zag hen aan en zeide: Bij de mensen is dit onmogelijk, 
maar bij God zijn alle dingen mogelijk



En zo echode Jezus.........................................Bij God zijn ALLE dingen mogelijk.

Broeders en zusters, vrienden, hier zit onze kracht.
Onze kracht zit niet in onszelf, onze kracht is in Hem.

Broeders en zusters, vrienden, laten we in de eerste plaats altijd eerst naar onszelf kijken.
Wat heeft er in onze harten nog herstel nodig?
En laten we tot Hem gaan, de bron van alle kracht, alle vergeving en alle volmaakte liefde.
En laten we Hem dan volgen in gehoorzaamheid aan Zijn volmaakte wil.


----------------------------------------------------------------------------------------

Alles is mij geoorloofd, maar niet alles is nuttig.

In het vijfde hoofdstuk heeft Paulus geschreven over de zonde van hoererij, in het zesde hoofdstuk van 1 Korinthe heeft Paulus twee zaken heel duidelijk gemaakt, 1) broeders horen elkaar niet naar een "aardse rechtbank" te brengen, en 2) de mensen die dit, en andere vleselijke zaken bedrijven, zullen het koninkrijk Gods niet beërven.

Als Paulus verder ingaat op de zonden die een deel waren van de gemeente van Korinthe, gaat Paulus verder en spreekt hen specifiek toe.

1 Korinthe 6: 12- 14
12 Alles is mij geoorloofd, maar niet alles is nuttig. Alles is mij geoorloofd maar ik zal mij door niets laten knechten. 
13 Het voedsel is voor de maag en de maag voor het voedsel, en God zal zowel het een als het ander teniet doen. Maar het lichaam is niet voor de hoererij, doch voor de Here, en de Here voor het lichaam. 

14 God heeft niet alleen de Here opgewekt, maar zal ook ons opwekken door zijn kracht. 

Alles is mij geoorloofd, maar niet alles is nuttig. Alles is mij geoorloofd maar ik zal mij door niets laten knechten.

Tot twee keer toe zien wij hier de woorden: "alles is mij geoorloofd". (Zie ook 1 Korinthe 10: 23)
Het is wat lastig om precies te begrijpen waarom Paulus deze woorden gebruikt en ook weten we niet precies waar deze woorden hun origine vinden.

Enerzijds kan het zijn dat de Korinthiërs, in hun poging om het evangelie aan te passen aan Griekse wijsheid, beïnvloed waren door de leer van de Gnostiek en meenden dat op lichamelijk terrein "alles geoorloofd" was. En ja, we weten ook dat in de tijd dat Paulus deze brief heeft geschreven, de Gnostiek en haar leer weelderig aan het groeien waren. In de Gnostiek werd er een onderscheid gemaakt tussen lichaam en geest.
Wat iemand met het lichaam deed had geen invloed op de ziel of geest. Dus ja, dat betekende maar één ding, doe maar wat je wil want het heeft geen invloed op je geestelijke leven.

Anderzijds kan het zo zijn dat deze woorden staan in relatie tot het rein verklaren van het eten van alle dieren, dit in relatie tot het eerste verbond waar er een duidelijk onderscheid was tussen het eten van rein en het niet eten van onrein vlees, en dat de gemeente deze woorden buiten hun context waren gaan gebruiken.
(Dit kan zo gebruikt zijn in het licht van de woorden van het volgende vers, 13, over voedsel)

In de derde plaats kunnen ze deze uitspraak nog op een andere wijze hebben gebruikt. We weten het niet precies.
Duidelijk is wel dat Paulus iets moest rechtzetten naar de wijze van hun gebruik van deze woorden.
Ze waren deze woorden duidelijk aan het misbruiken naar eigen behoefte.

Wat ook maar precies de reden is waarom Paulus dit zo schrijft, we zien wel dat Paulus twee belangrijke uitspraken eraan vastkoppelt, te weten: 1) "maar niet alles is nuttig", en 2) "maar ik zal me door niets laten knechten".

In deze woorden zien we dat wat er ook maar geoorloofd is, niet alles is nuttig en Paulus zou zich door niets laten knechten.
Het woord "knechten" komt van het Griekse woord "exousioza" en heeft de betekenis van, "macht of gezag hebben".
In deze woorden zien we dan dat Paulus, in alles wat hij deed, zich door niets zou laten overwinnen.

En dit is wel een belangrijke les voor ons als gelovigen.
Niets in ons leven mag de overhand krijgen boven God alleen.
Hij verdient ons alles, zoals Jezus ook sprak: Heb God lief met heel je hart, met heel je ziel en met heel je verstand. (Matt. 22: 37)

Ook zaken die ten diepste onschuldig zijn, ons hart hoort altijd meer uit te gaan naar God.
Eten is goed voor ons, maar we mogen ons er niet door laten knechten.
Koffie is goed voor een mens, maar we mogen ons er niet door laten knechten.
Sport is goed voor ons, maar het moet geen hoofdrol gaan spelen in ons leven, etc.
Want zelfs te veel van goede zaken kan schadelijk zijn.

En zo komt Paulus aan een volgende belangrijke uitspraak:

Het voedsel is voor de maag en de maag voor het voedsel, en God zal zowel het een als het ander teniet doen.

Als het dan gaat over de maag en het voedsel, het voedsel is voor de maag en de maag voor het voedsel.
En ja, zowel de ene als de andere, het voedsel en de maag, beiden zullen teniet gedaan worden.
Beiden zijn zaken die vergaan.

Matteus 15:
10 En toen Hij de schare tot Zich geroepen had, zeide Hij tot hen: Hoort en verstaat! 
11 
Niet wat de mond binnengaat, maakt de mens onrein, maar wat de mond uitkomt dat maakt de mens onrein. 

Matteus 15:
16 Hij zeide: Zijt ook gij nog onbevattelijk? 
17 
Begrijpt gij niet, dat al wat de mond binnengaat, in de buik komt en te zijner plaatse verdwijnt

Het gaat niet om eten of drinken in het koninkrijk van God. Alle dingen zijn rein. 
Alles mag gegeten worden met dankzegging.

1 Tim. 4:
1 Maar de Geest zegt nadrukkelijk, dat in latere tijden sommigen zullen afvallen van het geloof, doordat zij dwaalgeesten en leringen van boze geesten volgen, 
2 door de huichelarij van leugensprekers, die in hun eigen geweten gebrandmerkt zijn, 
3 het huwelijk verbieden en het genot van spijzen, welke God toch geschapen heeft om met dankzegging te worden gebruikt door de gelovigen, die tot erkentenis der waarheid gekomen zijn. 
Want alles wat God geschapen heeft, is goed en niets daarvan is verwerpelijk, als het met dankzegging aanvaard wordt: 
5 want het wordt geheiligd door het woord Gods en door gebed. 

Zie verder: Rom. 14: 14, 20; 1 Kor. 10: 25- 26

Maar het lichaam is niet voor de hoererij, doch voor de Here, en de Here voor het lichaam.

En ja, als Paulus dan over eten en over het lichaam spreekt, dan heeft Paulus een duidelijke boodschap.
Het lichaam is niet voor hoererij. Voor wie is het lichaam dan wel? Het lichaam is van en voor de Here.

Romeinen 12:
1 Ik vermaan u dan, broeders, met beroep op de barmhartigheden Gods, dat gij uw lichamen stelt tot een levend, heilig en Gode welgevallig offer: dit is uw redelijke eredienst. 
2 En wordt niet gelijkvormig aan deze wereld, maar wordt hervormd door de vernieuwing van uw denken, opdat gij moogt erkennen wat de wil van God is, het goede, welgevallige en volkomene. 


Ja, de lichamen van gelovigen zijn voor de Here.
Alles is voor de Here. Tot lof en glorie van Zijn grote naam.

Gelovigen zijn gekocht en betaald.

1 Korinthe 6:
20 
Want gij zijt gekocht en betaald. Verheerlijkt dan God met uw lichaam.

Ja, zoals hij in vers 15 ook zal schrijven: "Weet gij niet, dat uw lichamen leden van Christus zijn? Zal ik dan leden van Christus wegnemen om er leden ener hoer van te maken? Volstrekt niet!"

Nee, er is geen ruimte voor gelovigen om zich met hoererij bezig te houden. 
Of met andere vleselijke zaken!!

God heeft niet alleen de Here opgewekt, maar zal ook ons opwekken door zijn kracht. 

Uitgaande van de gedachte dat het lichaam eeuwigheidswaarde heeft en dat het aan de Heere toebehoort gaat Paulus nog een stap verder.

Ja, hier bekrachtigd Paulus zijn woorden uit vers 12 en 13. God heeft niet alleen de Here Jezus opgewekt, God zal ook ons opwekken.
En ja, waarom schrijft Paulus dit? Als een waarschuwing!

Johannes 5:
28 Verwondert u hierover niet, want de ure komt, dat allen, die in de graven zijn, naar zijn stem zullen horen, 
29 
en zij zullen uitgaan, wie het goede gedaan hebben, tot de opstanding ten leven, wie het kwade bedreven hebben, tot de opstanding ten oordeel. 

Ja, er zal een universele opstanding komen en daarna het oordeel.
Het oordeel waarin Jezus zal oordelen.

2 Korinthe 5:

10 Want wij moeten allen voor de rechterstoel van Christus openbaar worden, opdat een ieder wegdrage wat hij in zijn lichaam verricht heeft, naardat hij gedaan heeft, hetzij goed, hetzij kwaad. 

In dit oordeel "zal een ieder wegdrage" wat hij in zijn lichaam verricht heeft.

Broeders en zusters, vrienden.
Het lichaam is voor de Heere, gelovigen zijn gekocht en betaald.
Er is geen ruimte voor hoererij of andere werken van het vlees, degene die deze dingen aanhangen zullen het koninkrijk niet beërven.

Ja, zoals we eerder stelden: "Hoereerders, afgodendienaars, overspelers, schandjongens, knapenschenders, dieven, geldgierigen, dronkaards, lasteraars of oplichters, wettelozen en tuchtelozen, voor goddelozen en zondaars, voor onverlaten en onheiligen, voor vadermoorders en moedermoorders en doodslagers, hoereerders, knapenschenders, zielverkopers, leugenaars, meinedigen, en al wat verder ingaat tegen de gezonde leer". (1 Kor. 6: 9- 10; 1 Tim. 1: 8- 10)

Al deze zaken hebben betrekking op het lichaam, en onze lichamen zijn van Christus, leden van Christus.
Onze lichamen zijn van Hem en staan in dienst van Hem.
Geliefden, laten wij Hem liefhebben en Hem uit liefde dienen, tot lof en glorie van Zijn grote naam.


--------------------------------------------------------------------------------------

Zal ik dan leden van Christus wegnemen om er leden ener hoer van te maken? Volstrekt niet!

De gemeente van Korinthe heeft een heel groot dilemma.
Hun opgeblazenheid was ten top gestegen. Denken en handelen zoals Christus was niet meer in hun vizier, ze hadden dit verruild met vleselijk, natuurlijk en aards denken. Dat was in hun vizier!

En zo zien we, in de eerste vier hoofdstukken hun zonde van "verdeeldheid". 
In hoofdstuk vijf moest Paulus de gemeente sterk toespreken over de zonde van een broeder die in hoererij leefde en de zonde dat deze broeder door de gemeente niet uit hun midden was verwijderd en in hoofdstuk zes heeft Paulus hen sterk moeten toespreken over de zonde dat broeders elkaar naar de rechtbank brachten aangaande onderlingen verschillen. 
Zo kwam Paulus te spreken in een sterke waarschuwing over hen die de werken van het vlees aan het bewerken waren dat zij het koninkrijk van God niet zouden beërven. (Hoofdstuk 6: 9- 11)

En zo gaat Paulus verder.

1 Korinthe 6:
15 Weet gij niet, dat uw lichamen leden van Christus zijn? Zal ik dan leden van Christus wegnemen om er leden ener hoer van te maken? Volstrekt niet! 
16 Of weet gij niet, dat wie zich aan een hoer hecht, een lichaam (met haar) is? Want, zegt Hij, die twee zullen tot een vlees zijn. 
17 Maar die zich aan de Here hecht, is een geest (met Hem). 


Weet gij niet, dat uw lichamen leden van Christus zijn?

Ja, de gemeente moest opnieuw leren dat lichamen van gelovigen leden van Christus waren.

Hoe waren zij leden geworden van Christus?
Ja, door de doop, op basis van geloof en bekering, door de afwassing van zonde, (vers 11) is de gelovige "één geworden met Christus".
Door deze wedergeboorte waren ze gerechtvaardigd en geheiligd en eigendom geworden van Christus.

1 Korinthe 12:
12 Want gelijk het lichaam een is en vele leden heeft, en al de leden van het lichaam, hoe vele ook, een lichaam vormen, zo ook Christus; 
13 
want door een Geest zijn wij allen tot een lichaam gedoopt, hetzij Joden, hetzij Grieken, hetzij slaven, hetzij vrijen, en allen zijn wij met een Geest gedrenkt. 
14 
Want het lichaam bestaat toch ook niet uit een lid, maar uit vele leden

Ja, door één Geest waren deze gelovigen "tot een lichaam" gedoopt en daardoor waren ze "leden van Christus en leden van elkaar geworden". 
Alles was van Christus geworden! Niets meer van henzelf.
En zo ook hun lichamen. Deze lichamen behoorde gebruikt te worden om God te verheerlijken.

In Romeinen 6 wordt in relatie tot de doop het woord "samengegroeid" gebruikt. (Rom. 6: 5)
Ja, in de doop wordt de gelovige gekruisigd, begraven en wordt een nieuw mens opgewekt, tot dienstbaarheid aan Christus.

Zoals Paulus getuigd:

Galaten 2:
20 
Met Christus ben ik gekruisigd, en toch leef ik, (dat is), niet meer mijn ik, maar Christus leeft in mij. 
En voor zover ik nu (nog) in het vlees leef leef ik door het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en Zich voor mij heeft overgegeven. 


De doop heeft gevolgen voor de gehele mens, ook voor het lichaam, (Rom. 6: 12, 13)
De gelovige wordt met Christus bekleed, in de doop. (Gal. 3: 27)

Maar nu waren de leden van de gemeente zich aan vleselijke zaken aan het geven, en dit was totaal verkeerd.
Dit was zondig.
Hun geheel, hart, ziel, lichaam, geest en verstand, waren voor de Here. (Matt. 22: 37)
Wat was er gebeurd? Wie had hen betoverd?

1 Petrus 2:
9 Gij echter zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, een heilige natie, 
een volk (Gode) ten eigendom, om de grote daden te verkondigen van Hem, die u uit de duisternis geroepen heeft tot zijn wonderbaar licht.

Broeders en zusters, vrienden, God heeft een volk "ten eigendom", waarom? Om "de grote daden te verkondigen van Hem". 
Ja, gelovigen zijn het eigendom van Hem. Tot welke reden? Om ware liefde voortgang te geven in deze wereld.

Nee, hoererij is geen "ware liefde". Hoererij is lust!
En een Christen, als deel van Christus, hoort daar geen deel aan te hebben.

Zal ik dan leden van Christus wegnemen om er leden ener hoer van te maken? Volstrekt niet!

En nee, leden van Christus kunnen niet een lid worden met hoererij.
Dat is onmogelijk! Dat is geestelijke afgoderij!
De leden van Christus die zijn er om in de voetstappen van Christus te wandelen.
Hoererij is een totaal verkeerd gebruik van het lichaam.

Het woord "wegnemen" komt van het Griekse woord "airo" en dit woord betekent "om iets mee te nemen" of "iets weg te nemen van waar het behoort en naar een andere plaats brengen". 

Broeders en zusters, vrienden, zien we dit?
Zien we de implicatie van dit woord?

Als iemand zich overgeeft aan vleselijke zaken dan neemt hij of zij iets weg van (dienstbaarheid aan) Christus, en brengt dit naar een andere plaats.
Heet dit geen stelen?
Ja, dat is wat er gebeurd, alles wat gedaan wordt in het vlees, is een stelen van Christus, een stelen van onze dienstbaarheid aan Christus.

Een vlees zijn, dwz, het één lichaam zijn, is dus wat er gebeurd als direct gevolg van geslachtsgemeenschap.

En ja, deze woorden laten zien dat zoals iemand zich verbind aan Christus, intimiteit, zo kan iemand zich in hoererij aan een ander mens binden.
In seksualiteit worden twee mensen één.

Of weet gij niet, dat wie zich aan een hoer hecht, een lichaam (met haar) is?

Ja, iemand die zich aan een hoer hecht wordt "een lichaam" met haar.

Het woord "hechten" is vertaald van het Griekse woord "kollao" en dit woord betekent "lijmen, aan elkaar verbinden en samenvoegen".
Ja, als twee mensen in seksualiteit aan elkaar verbonden zijn, dan worden deze twee mensen één.  De persoonlijkheden komen samen op een heel diep niveau.

Velen zien seksualiteit alleen maar als twee lichamen die zich aan elkaar verbinden, maar in seksualiteit wordt veel meer dan alleen maar twee lichamen met elkaar verbonden. De gevolgen gaan veel dieper als dat de meesten willen toegeven.

Er zijn lichamelijke gevolgen, zoals geslachtsziekten, ongewenste zwangerschappen etc. Er zijn geestelijke gevolgen, het is zonde en zonde brengt scheiding, schuld en schaamte etc. Er zijn emotionele gevolgen, hechtingsprocessen worden gebroken en verstoord, intimiteit in huidige en/of toekomstige relaties worden gebroken en verstoord etc. 
Veel mensen realiseren zich niet wat verkeerde seksuele uitspattingen allemaal teweeg brengen en wat het later in de weg kan staan en kan veroorzaken.
Bezin!!

Want, zegt Hij, die twee zullen tot een vlees zijn.

Als Paulus over deze hechting spreekt dan grijpt hij terug naar het boek van Genesis.

Genesis 2: 
21 Toen deed de Here God een diepe slaap op de mens vallen; en terwijl deze sliep, nam Hij een van zijn ribben en sloot haar plaats toe met vlees. 
22 En de Here God bouwde de rib, die Hij uit de mens genomen had, tot een vrouw, en Hij bracht haar tot de mens. 
23 Toen zeide de mens: Dit is nu eindelijk been van mijn gebeente en vlees van mijn vlees; deze zal` mannin` heten, omdat zij uit de man genomen is. 
24 Daarom zal een man zijn vader en zijn moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen, 
en zij zullen tot een vlees zijn.

Ja, seksualiteit is verbonden aan het verbond van het huwelijk.
Seksualiteit heeft zijn plaats gekregen nadat, 1) een man zijn vader en moeder verlaten heeft, en 2) zijn vrouw aanhangt.

En dat is belangrijk! Seksualiteit is een gave van God, maar hoort in de veilige sfeer van het huwelijk.
Een huwelijk waarin "vader en moeder verlaten wordt", waarin "twee mensen elkaar gaan aanhangen", dat gaat vooraf aan ware seksualiteit.
In die "veilige sfeer" hoort seksualiteit.

Hoererij is iets nemen en plaatsen waar het niet hoort!
En iets nemen en plaatsen waar het niet hoort, dat geeft "onveiligheid".

En is dat niet ten diepste wat hoererij is? 
Hoererij komt voort uit lust, is ego-centrisch, en is onveilig.

Misschien even kort door de bocht, maar een computer zetten we toch ook niet buiten in de regen?
Daar hoort hij niet.
Zo hoort seksualiteit in het huwelijk, en nergens anders.
In het huwelijk waar twee mensen, door een verbond, aan elkaar zijn verbonden tot aan de dood.

Maar die zich aan de Here hecht, is een geest (met Hem).

Ja, gelovigen hebben zich aan de Here gehecht en die gelovige is "een geest" met de Here.
Tegenover het aanhangen van een hoer, één vlees wording staat het aanhangen van de Heere.

De woorden, de Heere aanhangen" vinden we al in het eerste verbond, Deut 10: 20; Deut. 11: 22; 2 Kon. 18: 6; Psalm 73: 28, als een omschrijving voor de geestelijke band van gehoorzaamheid, liefde en trouw tussen de mens en God.

Ja, degene die zich aan God hecht, die God aanhangt, wordt één geest met Hem. En in die relatie is geen plaats voor hoererij, of andere werken van het vlees.


Broeders en zusters, vrienden.

Efeze 5;
8 Want gij waart vroeger duisternis, maar thans zijt gij licht in de Here; wandelt als kinderen des lichts, 
9 - want de vrucht des lichts bestaat in louter goedheid en gerechtigheid en waarheid -, 
10 en toetst wat de Here welbehagelijk is. 
11 En neemt geen deel aan de onvruchtbare werken der duisternis, maar ontmaskert ze veeleer, 
12 want het is zelfs schandelijk om te noemen, wat heimelijk door hen wordt verricht; 
13 maar als dat alles door het licht ontmaskerd wordt, komt het aan de dag; want al wat aan de dag komt is licht. 
14 Daarom heet het: Ontwaak, gij die slaapt, en sta op uit de doden, en Christus zal over u lichten. 
15 
Ziet dus nauwlettend toe, hoe gij wandelt, niet als onwijzen, doch als wijzen, 
16 u de gelegenheid ten nutte makende, want de dagen zijn kwaad. 
17 
Weest daarom niet onverstandig, maar tracht te verstaan, wat de wil des Heren is. 
18 En bedrinkt u niet aan wijn, waarin bandeloosheid is, maar wordt vervuld met de Geest, 
19 en spreekt onder elkander in psalmen, lofzangen en geestelijke liederen, en zingt en jubelt de Here van harte, 
20 dankt te allen tijde in de naam van onze Here Jezus Christus God, de Vader, voor alles, 
21 en weest elkander onderdanig in de vreze van Christus. 

--------------------------------------------------------------------------------------------------

Of weet gij niet, dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest, die in u woont.

Ja, en zo komen we tot de laatste woorden van hoofdstuk 6, vers 19- 20.
Paulus heeft zich krachtig uitgesproken tegen de zonde van hoererij en ten diepste tegen alle werken van het vlees. Er is maar één antwoord, VLUCHT!!

1 Korinthe 6: 
18 Vliedt de hoererij. Elke andere zonde, die een mens doet, gaat buiten zijn eigen lichaam om. Maar door hoererij bezondigt men zich aan zijn eigen lichaam. 
19 Of weet gij niet, dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest, die in u woont, die gij van God ontvangen hebt, en dat gij niet van uzelf zijt? 
20 Want gij zijt gekocht en betaald. Verheerlijkt dan God met uw lichaam.

Vliedt de hoererij.

Ja, dit is het eenvoudige en krachtige antwoord op hoererij, "vliedt de hoererij".
Het woord "vliedt" is vertaald van het Griekse woord "pheugo" en dit woord betekent "wegvluchten", of "uit gevaar ontsnappen".
Metaforisch staat het voor "vluchten van/voor iets afschuwelijks".

Ja, zoals Jozef is gevlucht voor de vrouw van Potifar, toen hij hem verleidde, horen Christenen te vluchten voor hoererij.
(Genesis 39: 6)

Matteus 5:
29 Indien dan uw rechteroog u tot zonde zou verleiden,
 ruk het uit en werp het van u, want het is beter voor u, dat een uwer leden verloren ga en niet uw gehele lichaam in de hel geworpen worde. 
30 En indien uw rechterhand u tot zonde zou verleiden, 
houw haar af en werp haar van u; want het is beter voor u, dat een uwer leden verloren ga en niet uw gehele lichaam ter helle vare.

En ja, niet alleen hoererij, maar elk werk van het vlees, Galaten 5: 19- 21, moeten we ontvluchten.
Laten we niet onderschatten hoe God geen onderscheid maakt tussen het ene werk van het vlees en het andere werk van het vlees.
Alle zonden brengen scheiding! En God wil dat wij breken met alle zonden, klein of groot!
Door de kracht van Zijn Geest.

Elke andere zonde, die een mens doet, gaat buiten zijn eigen lichaam om.


Dit zijn enorm belangrijke woorden!
Niet alle zonde hebben precies dezelfde consequenties.
Elke andere zonde, dan hoererij, die een mens doet, gaat buiten zijn eigen lichaam om. Maar.............

Maar door hoererij bezondigt men zich aan zijn eigen lichaam.


Ja, door hoererij bezondigt zich men aan zijn eigen lichaam. 
Het is misschien lastig om de precieze betekenis van deze woorden te weten te komen, maar laten we delen.

In de eerste plaats:
In de zonde van hoererij wordt de werkelijke waarde en kostbaarheid van het lichaam totaal veracht.
Waarom? God heeft bepaald dat seksualiteit alleen is voor twee mensen, man en vrouw, die door de band van het huwelijk aan elkaar verbonden zijn, voor het leven.
In die relatie is seksualiteit gegeven als een gave van God waar twee mensen ten volle van mogen genieten.

Als dan buiten deze relatie mensen seksueel aktief zijn, geven we het meest kostbare, het meest intieme, het meest verweven met onze persoonlijkheid, weg.

Het seksuele leven mag misschien in die zin vergeleken worden met een roos.
Neem een roos, geef bloemblaadjes weg en als er dan tien bloemblaadjes weg zijn, wat hou je dan over?
Zo is het met seksualiteit dat gedeeld wordt voor het huwelijk tussen twee mensen. De roos is voor een groot deel haar schoonheid verloren.
En dat gebeurd er als mensen seksueel actief worden, de ware schoonheid van een mens word schade aangedaan.

In de tweede plaats:
Seksualiteit is een zonde die niet alleen het lichaam aangaat, maar in seksualiteit is er ook een vermenging van persoonlijkheden. In seksualiteit worden twee mensen heel intiem met elkaar. Er word zoveel gedeeld wat in andere zonden niet gedeeld wordt, naaktheid, kwetsbaarheid, emoties, psyche etc. Er wordt een intimiteit gedeeld die haar gelijke niet kent.
Zoals in het huwelijk twee mensen "samensmelten" tot één mens, zo is er in seksualiteit ook sprake van een "samensmelting van twee mensen".
Je wordt als het ware "een deel" van elkaar, maar na de daad van seksualiteit gaat een ieder weer zijn eigen weg.
Toch blijft er dan iets van beiden achter bij de andere. Iets wat onbreekbaar is, waarom? Intimiteit is gedeeld.

In de derde plaats:
Zoals we in het vorige deel al opgemerkt hebben, de zonde van hoererij heeft diep liggende consequenties, er zijn lichamelijke gevolgen, zoals geslachtsziekten, ongewenste zwangerschappen etc. Er zijn geestelijke gevolgen, het is zonde en zonde brengt scheiding, schuld en schaamte etc. Er zijn emotionele gevolgen, hechtingsprocessen worden gebroken en verstoord, intimiteit in huidige en/of toekomstige relaties worden gebroken en verstoord etc. 

Daarnaast, eraan gekoppeld.

In de vierde plaats:
Seksueel actief zijn voor het huwelijk geeft mogelijk geslachtsziekten, kan zwangerschappen doen laten ontstaan.
Dit heeft veel lichamelijke, emotionele en psychische gevolgen.

In de vijfde plaats:
Wat vinden we ervan als we "de liefde van ons leven" vinden, maar haar of hem trouwen en uitvinden dat iemand al seksueel actief is geweest?
Al heel vaak seksueel actief is geweest?
Is dat gezond? Is dat gezond voor die relatie? Nee, heel vaak staat dat de huidige relatie in de weg.

In de zesde plaats:
Deze vormen van seksualiteit zijn allemaal gebaseerd op prestatie. Het is gebaseerd op lust.
Waar seksualiteit losgekoppeld word van de band van het huwelijk, wordt seksualiteit iets dat voortkomt uit lust en onbeteugelde gevoelens.
En daar woont lust! Lust is egocentrisch.

Ja, de zonde van seksualiteit gaat veel dieper dan waar de meeste mensen bij stilstaan.
De gevolgen zijn veel groter als dat de meesten willen toegeven. 
Dokters draaien overuren door mensen met lichamelijke klachten, maar de waarheid ligt vaak veel dieper.
Lichaam, ziel en geest zijn één en functioneren niet apart van elkaar.
Veel lichamelijke klachten zijn een gevolg van psychische en emotionele verwondingen.

En ja, seksualiteit op de plaats waar het niet hoort geeft emotionele belastingen, psychische belastingen en lichamelijke belastingen.

VLUCHT!!

Of weet gij niet, dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest, die in u woont.

Lichamen van Christenen zijn tempels van de Heilige Geest. 
Met andere woorden, het lichaam van een Christen is een plaats waar de Heilige Geest woont.


De tempel was in het eerste verbond de plaats waar God woonde, dit is de plaats waar God aanbeden werd. 

Nu zien we dat het lichaam een tempel is die van de Heilige Geest is. Waarom?
De Geest wordt ons gegeven bij de wedergeboorte en die woont in ons.

Efeze 3:
14 Om die reden buig ik mijn knieen voor de Vader, 
15 naar wie alle geslacht in de hemelen en op de aarde genoemd wordt, 
16 opdat Hij u geve, naar de rijkdom zijner heerlijkheid, 
met kracht gesterkt te worden door zijn Geest in de inwendige mens

Ja, Gods Geest woont en werkt in de gelovige die trouw is aan God.
En omdat de Geest in gelovigen werkt, kan datzelfde lichaam niet gebruikt worden voor zondige daden.

Die gij van God ontvangen hebt, en dat gij niet van uzelf zijt?


Deze Geest is gegeven door God. Deze Geest wordt gegeven door God in de wedergeboorte. (Handl. 2: 38; 5: 32)
En omdat deze Geest in ons woont, hebben we een taak.
De taak om de geestelijke zaken te bevorderen. De taak om Goddelijke liefde te verspreiden.

Nee, een gelovige is niet van zichzelf.
We zijn gekocht en betaald.
Dit laat zien dat wij niet meer van onszelf zijn.

Galaten 2:
20 Met Christus ben ik gekruisigd, en toch leef ik, (dat is), niet meer mijn ik, maar Christus leeft in mij. En voor zover ik nu (nog) in het vlees leef leef ik door het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en Zich voor mij heeft overgegeven. 

In de doop sterft de gelovige met Christus, Rom. 6, en als we dan in Christus zijn dan stellen we onze leden tot instrumenten van gerechtigheid.

Romeinen 6:
17 Maar Gode zij dank: gij waart slaven der zonde, doch gij zijt van harte gehoorzaam geworden aan die vorm van onderricht, die u overgeleverd is; 
18 en, vrijgemaakt van de zonde, 
zijt gij in dienst gekomen van de gerechtigheid

Want gij zijt gekocht en betaald. 

Ja, gelovigen zijn gekocht en betaald. Waardoor? Door het kostbare bloed van het lam Gods.
(1 Petrus 1: 18; Openbaring 5: 9; Handl. 20: 28)

2 Korinthe 5:
17 Zo is dan wie in Christus is een nieuwe schepping; 
het oude is voorbijgegaan, zie, het nieuwe is gekomen
18 En dit alles is uit God, die door Christus ons met Zich verzoend heeft en ons de bediening der verzoening gegeven heeft, 


Verheerlijkt dan God met uw lichaam.

Matteus 5:
16 Laat zo uw licht schijnen voor de mensen, opdat zij uw goede werken zien en uw Vader, die in de hemelen is, verheerlijken. 

Romeinen 12:
1 Ik vermaan u dan, broeders, met beroep op de barmhartigheden Gods, dat gij uw lichamen stelt tot een levend, heilig en Gode welgevallig offer: dit is uw redelijke eredienst. 
2 En wordt niet gelijkvormig aan deze wereld, maar wordt hervormd door de vernieuwing van uw denken, opdat gij moogt erkennen wat de wil van God is, het goede, welgevallige en volkomene. 

Kolossenzen 3:

1 Indien gij dan met Christus opgewekt zijt, zoekt de dingen, die boven zijn, waar Christus is, gezeten aan de rechterhand Gods. 
Bedenkt de dingen, die boven zijn, niet die op de aarde zijn. 
3 Want gij zijt gestorven en uw leven is verborgen met Christus in God. 

Ja, gelovigen gaan God verheerlijken met hun lichaam.
En daar is geen ruimte voor hoererij of enig ander werk van het vlees.

Broeders en zusters, vrienden, wie is God voor jou?
Dit wordt ten diepste duidelijk in hoe jij handelt.

Broeders en zusters, vrienden, wij hebben Hem lief, omdat Hij ons eerst liefhad.
En deze liefde van God vraagt om dienstbaarheid in alle dingen.

Copyright © 2017 Gert-Jan van Zanten · Webdesign by R081N
All Rights Reserved · webbijbel.nl
Hosted by VDX.nl VDX

Naar boven